We maken inzichtelijk waar het team vastloopt, in systemische termen ook wel de verstrikking genoemd. Hierdoor wordt in de opstelling ook de verandering in gang gezet die bijna ‘als vanzelf’ ook na de opstelling verder doorwerkt.
te werk?
Techniek en wetten van systemisch werken
Technisch gezien wordt bij een opstelling contact gemaakt met meer dan alleen het denken. De begeleiders ‘voelen’ intuïtief aan wat er speelt en werken op fysiek, mentaal, emotioneel, energetisch en spiritueel vlak. Binnen het systeem zijn er een aantal wetmatigheden die in balans moeten zijn zoals:
- Balans in geven en nemen (bijv. klopt mijn salaris bij mijn prestatie?)
- Ordening (bijv. klopt mijn rol bij mijn functie?)
- Erkenning van wat er is en wat er speelt (bijv. niemand wordt buitengesloten!)
Visuele weergave van wat er speelt
Er vormt zich een beeld van een bepaalde dynamiek en de verhouding tot elkaar, waar je op dat moment in staat (onderdeel van bent) of van een afstandje naar kijkt. Hier wordt vaak al veel zichtbaar zoals bijvoorbeeld onderliggende verhoudingen, afstand tot het doel, positie tot elkaar, eilandjes, haantjes, volgers, etc. etc. Dit beeld geeft inzicht in gevoelens en patronen en hoe de gewenste verandering gemaakt kan worden.
Dit beeld kan op verschillende manieren visueel gemaakt worden door:
- Houten poppetjes neer te zetten die teamleden of functiegroepen vertegenwoordigen;
- De teamleden zelf plaats te laten nemen in de ruimte ten opzichte van iets/iemand; bijvoorbeeld de teamdoelstelling of het onderwerp van evaluatie;
- Teamleden te laten representeren door een derde persoon. Representeren houdt in dat een ander persoon iemand vertegenwoordigt.
We maken inzichtelijk waar het team vastloopt, in systemische termen ook wel de verstrikking genoemd. Hierdoor wordt in de opstelling ook de verandering in gang gezet die bijna ‘als vanzelf’ ook na de opstelling verder doorwerkt.
Begeleidingsproces vanuit Schijnwerp
De ervaring heeft ons geleerd dat een organisatieopstelling liefst geen losstaande en eenmalige activiteit kan zijn. Het brengt een proces op gang dat we zorgvuldig willen begeleiden. In incidentele gevallen geven we een eenmalige workshop waarin we vooral de manier van werken willen tonen en de effecten op korte termijn.
In kaart brengen
Na een intakegesprek brengen we samen met de opdrachtgever de hulpvraag in kaart. Daarna maken we een voorstel op maat met een doelstelling, resultaat en tijdspad.
Duur en frequentie
Een traject kan afhankelijk van de doelstelling de duur hebben van een dag tot één of meerdere jaren. De frequentie van onderstaande interventies is 1 x per 2 maanden. We houden graag de verbinding en het contact waar nodig en gewenst.
Interventies op diverse niveaus
- Begeleiden van het team of meerdere teams met een aantal opstellingen;
- We sluiten aan bij bestaande overleggen of op de werkvloer tijdens de uitvoering van de werkzaamheden. Zo proeven wij de dynamiek tijdens het werken. Deze ervaringen nemen we mee in het proces;
- Coachen van de leidinggevende, zodat hij of zij inzicht krijgt in zijn eigen patronen. Ook helpen we hem of haar met het systemisch kijken naar het team waardoor het proces voortgezet kan worden wanneer het traject is afgerond.
Het team
Wij werken het liefst met een compleet team tijdens een opstelling, inclusief de leidinggevende en eventuele manager. Hierbij zijn de teamleden zelf onderdeel van de opstelling, zonder dat iemand anders hen representeert, of vertegenwoordigt.
De organisatie
Wanneer de groep groter is of de hulpvraag is gericht op het indelen van teamleden en rollen, werken we ook wel met representanten of voorwerpen. Door een visueel overzicht te maken op een abstracter niveau, kan dit helpen met het maken van keuzes of het zien van de problematiek.
Voorbeelden:
- De indeling van een team zorgmedewerkers is onduidelijk. Eén poppetje staat voor de helpenden, één poppetje voor de verzorgende IG-ers en één poppetje voor de leidinggevende.
- Hoe is de rol- en taakverdeling op een school. Eén persoon staat voor alle onderbouw leraren, nog een ander voor de bovenbouw. Weer een ander voor de IB-ers en weer een ander staat voor directie.
- Of wanneer een vraag gaat over maaltijdvoorziening bijvoorbeeld. Eén persoon representeert de groep gastvrouwen, één persoon staat voor de cliënten, één voor facilitaire ondersteuning en één voor de leverancier.
“Vroeger zei ik; dit Is niet mijn taak, maar ik deed het toch. Nu snap ik dat ik dit ook gewoon kan aangeven.”
Michael, WMO consulent gemeente.